Het project heeft als doelstellingen:
In heel Vlaanderen dienen in 3 jaar tijd 1200 hokken van 1 km² te worden geteld. De hokken zijn niet zelf te kiezen. Wie gedurende één broedseizoen één hok bezoekt, moet daar 6 punttellingen uitvoeren: 1x van 1 maart t/m 15 april, 1x van 16 april t/m 31 mei en 1x van 1 juni t/m 15 juli. Tussen elk bezoek is een marge van 14 dagen vereist.
Bij elk van de zes punten wordt gedurende 5 minuten geteld. Daarbij worden alle volwassen individuen van alle waargenomen soorten geteld. Er worden dus geen territoria geteld, en ook groepen foeragerende vogels als meeuwen, kraaien, reigers, die gewoonlijk niet nabij het telpunt broeden, worden bij het tellen overgeslagen.
Elk hok moet eens om de drie jaar worden geteld.
Voor alle telpunten die op het grondgebied van Noordwest-Brabant liggen, zijn inmiddels vrijwillige medewerkers gevonden. Zij ontvangen invulformulieren en geven jaarlijks na het broedseizoen hun resultaten door.
Het ABV-project is een initiatief van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO) en de Vlaamse Vogelwerkgroep van Natuurpunt, in samenwerking met Natuurpunt Studie.
VWG Noordwest-Brabant